stellige onwaarheden worden vermeld:
en wel over het zogenaamd negeren van de gevarenetiketten en het nalaten van evacuatie door de brandweer.
was dat dan niet zo?
Nee, de aan de straatzijde van de C bunker (zie foto's en films) aangebrachte etiketten waren niet voorzien van de 'dubbele cijfers'; zoals bij de transportetiketten.
Deze etiketten voldeden daarmee aan de schriftelijk omschrijving in de milieuvergunning.
Er waren ook etiketten met de cijfers 1.4. Daarop, noch op de algemene etiketten (zonder enige toelichting voor het gevaar t.b.v. de brandweer of omgeving), behoefde de brandweer niets te doen of na te laten.
De op de C bunker gehanteerde etiketten waren sterk gelijkend op de UN transport etiketten
voor 'bijkomend' gevaar; dus slechts bij transport te hanteren naast voor stoffen met
ook een etiket voor een andere UN gevarengroep als hoofdgevaar.Voor opslag was dit dus slechts een algemeen aanduiding; zonder dat er 1.1, 1.2 of 1.3 werd vermeld en dan ook geen verplichte '1' onderin voor de klasse.
Zelfs indien er wel een etiktet met 1.1. was aangebracht (show me!) , dan nog hangt het evacueren, qua afstand, zeer sterk af van
het gewicht van die groep in opslag.Achteraf maar stellen (en dat ook zonder officiele bronvermelding) dat, de 1e brandweerlieden ter plaatse tot 1000 mtr. hadden moeten evacueren, is, gelet op de implicaties voor slachtoffers en nabestaanden, brandtechnisch en -tactisch absurd en ethisch onacceptabel voor mij.Op foto's en film is bovendien te zien dat een directielid en een medewerker rustig naast de blussende brandweer staat te kijken in de richting van (ook) de etiketten: hoezo gevaar als de experts zwijgen?
Waarom moest Remkes dan beweren dat er "1.4" bij op de borden had gestaan?
Of was destijds de kennis omtrent de betekenis van de borden nog niet zo ver ontwikkeld?Uw bron is Remkes, maar dat (borden met 1.4) is op vele afbeeldingen (film/foto's) ook te zien! Ik kan me niet herinneren/vaststellen op welk deuren deze 'cijfer etiketten' waren aangebracht.
Een mogelijke verklaring vond ik (voor wat dat waard is) in de chronologische ontwikkeling: de C bunkers warenre het eerst en die etiketten voldeden letterlijk aan de schriftelijk gestelde voorwaarden (1997).
Ook (slechts) 'mogelijk', acht ik dan dat die etiketten er op de C opslag al eerder waren en de voorschriften daarop zijn geschreven.
Voor de beoordeling van de reactie op die etiketten zijn er dus feitelijk 2 verschillende etiketten op die dag te beoordelen: die met een ontploffende 'bom' zwart op een oranje ruit
zonder cijfers en die met de cijfers 1.4.
Zoals eerder gesteld: de
in het verkeer gangbare etiketten komen uit de UN transport classificatie testen; met zeer beperkte hoeveelheden en vooral: Niet opgesloten na ontsteking!
Dat geeft dan ook heel andere ontwikkelingen.
Voor een opslag, met dergelijk enorme hoeveelheden, had de Brandweerwetgeving vroegtijdig moeten uitwerken met maatregelen en resultaten en dan uiteraard ook met een aanvalsplan (dat aan die vakinhoudelijke eisen ook voldoet!).
Nu beweerde de 'nieuwe' cdt brw. (vanaf mei 1997) dat er achteraf(!) een 'bereikbaarheidskaart' was gemaakt die hij achteraf (!) adequaat achtte.
Dit berust op wettelijk onverantwoorde domheid/onwetendheid of op ronduit opzettelijke misleiding. Een bereikbaarheidskaart voldoet in de verste verten niet aan de eisen van een 'aanvalsplan'.
Het ook in de wereld gebracht verhaal van de (1000 mtr.!) evacuatie afstanden (ook nadrukkelijk door Bakker en Van Buitenenen) duidt op (vrijwillig?) onbegrip.
De uitwerking van de destijds te verwachten explosies rechtsreeks is afhankelijk van het ontstoken 'explosieve gewicht'.
Voor 1.3, waar Bakker ook ondanks de, na 1997 al in 1999 herziene 'foute' milieuvergunning; die volgens hem buiten zijn medeweten die 1.3 had geschrapt, nog steeds vanuit ging, had een maximaal aanwezig te verwachten gewicht van 100 kg.
Om tot 1000 mtr. te gaan evacueren zijn er vele tonnen aan exploderend materiaal (o.a 1.1 en 1.3) voorwaardelijk;
dit wel in de heersende onwetendheid van de noodzakelijk volgende 'secundaire explosies uit een opslag!'Dan nog: als u de beelden bekijkt dan is duidelijk te zien dat de 2 zware explosies zich
boven en benedenwinds van SEF voltrokken.
Dat fenomeen wordt wetenschappelijk verklaard door de 'secundaire' explosies van dergelijke (spring)stoffen; deze wordt gafaciliteerd door verbranding/langzamere explosie:
eerst 'primair' in opsluiting met chemisch nog een enorme hoeveelheid aan niet gereageerd materiaal door tekort aan oxidatoren in de primaire explosies! De opmgenin met luchtzuurstof maakt de secundaire explosies dan ook eerst mogelijk.
De reacties in opsluiting (hoge druk en zeer hoge temperaturen) voorzien daarop in de hoge 'product' concentratie om na openging (opstijgende donkere wolken boven SEF!) alsnog 'secundair' te kunnen reageren.
Hoe dan ook, binnen de wettelijke taakuitvoering van de brandweerwet nu WVr), met de toen geldende 2 gemeentelijke verordeningen(!), had deze vuurwerkopslag aldaar nooit kunnen of mogen bestaan.Het 'eerste vlammetje' had wettelijk 'voorkomen' moeten worden (er was een rookverbod en een ontstekingsvebrod van vuurwerk op dat terrein) en daarop moeten worden 'beperkt' volgens de toen heersende wetgeving.
Maar als de wettelijk adviseur verzaakt om daartoe de adequate maatregelen voor te schrijven, ook nadat hij door de adviseur van 'Milieu' daartoe was 'opgeroepen', dan verzaken die wettelijk actoren.
Daaruit ontstaat m.i. doodslag met voorwaardelijk opzet. Daartoe deed ik voor die wettelijke actoren dan ook aangifte: voor het vermoedelijk begaan van dit niet verjaarde misdrijf.