Nieuws:

NB! Als u lid wilt worden stuur dan een verzoek naar:

EnschedeRamp@gmail.com

Hoofdmenu

Marjolein Schreurs verdween in het niets

Gestart door admin, 7 augustus 2010, 21:14:08

Vorige topic - Volgende topic

admin

«Ach, ze wilde nog zoveel»

12/05/2001

Marjolein Schreurs verdween in het niets, die 13de mei in Enschede


Ze stond net op eigen benen en genoot van het leven. Marjolein Schreurs (17) was een mooi mensenkind. Een jaar geleden, op zaterdagmiddag 13 mei om even na half vier, vond ze de dood bij de vuurwerkramp van Enschede. Niets werd van haar teruggevonden. Helemaal niets. «Ze is in het niets opgelost.» Ze woonde er nog maar pas, amper drie maanden, maar ze was er wel gelukkig. «Dat straalde ze ook uit,» zegt Will Schreurs, haar vader. Voor Marjolein was Roomweg 66 in Enschede inderdaad het (d)Roomhuis zoals vroegere bewoners in de kelder op de muur hadden geschreven. Wat was ze trots op haar kamer. «Ik ben zo blij,» zei ze meer dan eens. Eindelijk woonde ze op zichzelf. Tot die 13de mei.

De donderdag voor de fatale zaterdag was ze samen met haar pleegmoeder Geertje Wolsink de stad in geweest. Ze waren nog even bij Jannine, Marjoleins oudere zusje, langs gegaan en ze hadden al slenterend een ijsje gegeten. «Gewoon, lekker gezellig. We zijn achter het huis gaan zitten en hebben zitten kletsen over ditjes en datjes. Achteraf ben ik blij dat ik dat gedaan heb. Het zijn kostbare herinneringen. We hebben nog vreselijk gelachen, omdat ze op haar mobieltje van een chatvriendje een berichtje kreeg en hem van mij de groeten terug deed. Tegen acht uur 's avonds ging ze terug naar huis. Kus, pas goed op, tot ziens. We zouden nog bellen over wat ze van plan was met moederdag te doen. Dat was de laatste keer dat ik haar zag.»

Daag

Zaterdagmiddag belde Marjolein haar op. Mam, er is hier achter een brand. Vermoedelijk oud papier of oude rommel. Ze wist niet goed wat ze moest doen. «Bel de brandweer, bel 112, zei ik, en doe de deuren en ramen dicht. En wegwezen als het overslaat. Dat zou ze doen.»
Niet veel later belde ze terug en vertelde wat ze zag. Ze had het ook nog over een vuurpijl die de lucht in was gegaan en die niet ver haar kamer uiteen was gespat. «Waarschijnlijk heeft iemand nog een oud voorraadje van nieuwjaar in zijn schuurtje liggen, zeiden we tegen elkaar. Ik maakte nog een grapje: gelukkig ben je verzekerd tegen brand. Ze had zich ook nog even buiten op het balkon gewaagd, vertelde ze. Nee, niet op straat. Daar stonden zoveel mensen. Ik ga daar niet in mijn korte broek en onopgemaakt tussen staan. Want ze was ijdel, hoor, zoiets zou ze nooit doen.»
«Op een gegeven moment zei ze: 'Het begint hier te knallen, horen jullie dat?' Inderdaad hoorden we wat gedonder. 'Oh,' riep ze opeens, 'nou moet ik de ramen dicht doen, het wordt erger. Nou, ik bel nog. Daag.' Dat was het laatste wat ik van haar hoorde. 'Daag.'»
Kort daarna hoorden Geertje en haar man in de verte een dreun en daarna nog een. «Er is vast iets gebeurd op het vliegveld met een F16, zeiden we. Wat later belde Frank, onze oudste zoon die in Enschede was: 'Mam, er is iets ernstigs gebeurd in de buurt van Marjoleins huis. Iets met vuurwerk. Probeer Marjolein te bereiken. Zeg haar dat ze er weg moet. Ik heb geprobeerd Marjolein te bellen, maar ik kreeg geen gehoor. Ik had een heel ongerust gevoel. Een gevoel van: het is niet goed.'»
Johan Wolsink, de pleegvader: «'s Avonds, toen we op de tv de beelden zagen, zei ik tegen haar: Marjolein heeft niet weg kunnen komen. Anders had ze zich wel gemeld.»

Geen ringetje, niets

Medewerkers van het Rampen Identificatie Team vertelden later dat tussen het laatste telefoongesprek met Marjolein en het moment van de eerste zware knal hooguit tien seconden hebben gezeten. Het RIT draaide er niet om heen, wekte geen valse hoop. Het beschreef gedetailleerd wat er met Marjolein was gebeurd. Ze had niet kunnen vluchten. Door de kracht van de eerste explosie moest ze al zwaar gehavend en verdoofd zijn geraakt. Door die van de tweede, 66 seconden later, werd haar lichaam gefragmenteerd. Wat er mogelijk nog aan lichamelijke resten overbleef, werd door de immense hitte verbrand en wat daarvan overbleef een paar dagen later door een zware stortbui weggespoeld. De familie moest uitvoerig beschrijven wat Marjolein zoal aan bezittingen had.
Het RIT vond in de omgeving nog wat ringetjes, maar die leken niet op die van Marjolein. Vader Will Schreurs: «We hadden zo gehoopt dat er nog iets, hoe klein ook, van haar zou worden gevonden. Maar neen. Helemaal niets.» Marjolein loste in het niets op. «Je troost jezelf met het idee dat het allemaal heel snel gegaan is en dat ze niet geleden heeft.»
In de Oldenzaalse wijk De Essen waar de familie Wolsink woont, wisten de meeste mensen in de buurt niet dat Marjolein en Jannine pleegkinderen waren. De twee zusjes woonden al zo lang in het gezin. Toen ze er werden ondergebracht was Marjolein tweeënhalf en Jannine bijna vier. «Voor ons,» zegt Will Schreurs, «was de familie Wolsink een lot uit de loterij.» Hij en Hannita, de moeder van de kinderen, zagen na de echtscheiding geen kans de twee kleintjes zelf op te voeden. Wat voor een meisje was Marjolein? Een heel normaal kind. In de puberteit begon ze lastig te worden, dat wel. Maar het was een leuke meid. Vlot, spontaan en vrolijk. Sociaal, attent en populair. Een mooie meid ook. Ze oogde en was in haar gedragingen ouder dan ze was. Wat verlegen, maar zelfbewust en eigenwijs. «Heeft ze van mij,» lacht Will Schreurs? «Je hoeft niet aan een boom te hangen om een eikel te zijn, pap, riep ze een keer toen we weer eens hooglopende discussie hadden.»
Ze wilde, omdat er thuis nogal eens fricties waren, al vroeg op kamers. Jannine was haar voorgegaan. In Enschede kreeg ze in een kamercentrum zogenoemde zelfstandigheidstraining. Na een paar maanden toestemming kreeg om alleen op kamers te gaan wonen. Geertje Wolsink: «Nog tijdens de training zei ze een keer tegen me dat ze best wel een goede jeugd had gehad. Dat deed me erg goed, want we hebben met haar ook een moeilijke periode gekend.»

Fax

In de tweede helft van februari verhuisde ze naar de Roomweg 66. Op het moment dat ze er kwam, woonden alleen Denis Ruben (24) en Daniel Dreeijers (24) er. «We vonden haar wel wat jong, maar ze kwam volwassen over.» Ze zagen elkaar niet vaak, voornamelijk bij het eten en af en toe in de huiskamer waar ze wel eens gezamenlijk naar de tv keken. De een had wat meer contact met haar dan de ander; ieder had zijn eigen activiteiten en ging zijn eigen weg. «Maar het was een gezellige meid,» zegt Daniel. «Je kon haar heerlijk jennen en stangen. Dan had je haar meteen op de kast. Dan reageerde ze kattig en venijnig.»
Ze hebben nog krom gelegen van het lachen over het verhaal-van-de-fax dat ze uit zichzelf vertelde. Voor het bedrijf waar ze stage liep, moest ze een fax versturen, maar -«zo raar»- elke keer als ze het papier in het apparaat stopte, kwam het weer terug. «Ze heeft het wel tien keer opnieuw geprobeerd. Ze dacht werkelijk dat het papier door een draadje verdween en er ergens anders weer uit kwam.»
Zaterdagmiddag 13 mei, op het moment van de explosie, waren beiden in de stad. Denis dronk met een kameraad een pilsje op een terras aan de Markt, Daniel kocht met zijn vriendin bij V&D iets voor moederdag. Marjolein «ging lekker in de zon liggen.» «We zouden 's avonds uitgaan in Markelo,» aldus Careline Otto. Als ze uitgingen kwam Marjolein veelal eerst naar haar. «Optutten en voordrinken. En dan met de taxi naar Markelo. 's Nachts bleef ze bij mij slapen.»
Ze hadden afgesproken dat ze het die avond nog zouden hebben over de komende vakantie. Het jaar daarvoor waren ze met z'n tweetjes naar Spanje geweest. Misschien zouden ze weer gaan, met wat andere vriendinnen van school er bij. Maar Marjolein wist het nog niet zeker; ze wilde ook wel graag rijles nemen. «Ach, ze wilde nog zoveel.»
De laatste keer dat Will Schreurs en en zijn huidige vrouw Anneke Marjolein zagen, was in het weekend voor de ramp. Zelf waren ze die 13de mei op verjaardagsvisite. «We zaten in de tuin en hoorden in de verte een zwaar gerommel. Onweer, dachten we. Niet lang daarna hoorden we sirenes van brandweerauto's. Er is iets in Enschede gebeurd, zei een buurman verderop. Later hebben we de tv aangezet. Toen zagen we de beelden. Je keek zo de Tollensstraat in. Links op de hoek een wit huis, rechts op de hoek de afhaalchinees; rechtsboven had Marjolein haar kamer. We zijn hals over kop naar huis gegaan. Meteen gebeld natuurlijk. Bij Marjolein kregen we geen gehoor. Toen met Geertje Wolsink. Die vertelde dat ze vlak voor de explosie nog contact met Marjolein had gehad. Geertje was heel erg bang. In de loop van de avond beseften we wel hoe ernstig de situatie was. Maar je blijft hopen, ook al wist je in je hart wel beter.» Het gekke was, zegt hij, dat als je Marjoleins telefoonnummer belde, je haar voice mail kreeg.

Marjolein?

Gedenkplaats voor Marjolein

De volgende dag verspreidde Will Schreurs foto's van Marjolein, in de hoop dat er zou worden gereageerd. Er kwamen reacties binnen. Vriendinnen die belden dat ze Marjolein hadden gezien. «Echt waar, mevrouw.» Er was het verhaal dat in een ziekenhuis in Duitsland een meisje was binnengebracht, in zware shocktoestand, van wie men de naam niet kon achterhalen, maar dat met bijna honderd procent zekerheid Marjolein moest zijn. En, «zo absurd, zo krankzinnig, je kunt zoiets niet verzinnen», er bleek een tweede meisje te zijn met de naam Marjolein Schreurs. Alleen was ze niet zeventien, maar in de twintig; ze was in een straat verderop in het rampgebied geweest. Geertje Wolsink: «Ik heb al die verhalen niet willen geloven. Ik wist zeker dat ze ons zou hebben gebeld.» Het Rampen Identificatie Team vertelde de families al na een week dat Marjolein definitief als vermist moest worden beschouwd.
De vrijdag na de ramp namen Will Schreurs en Jannine deel aan de stille tocht. Nee, ze liepen niet vooraan, maar achterin de immense stoet. Toen ze bij het Volkspark kwamen, was het officiële gedeelte al lang afgelopen. Geertje en Johan Wolsink waren er niet bij. «We konden het niet aan,» zegt Geertje. Wel bezochten ze het bloemenmonument. «Maar daar hadden we geen goed gevoel bij. Dat was ons plekje niet.» Ze vroegen toestemming om bloemen te mogen leggen op de plaats waar het huis had gestaan, Roomweg 66. Een dag voor het rampgebied open werd gesteld, kregen ze plotseling een telefoontje: u kunt komen als u wilt. In allerijl gingen ze er met z'n vijven -Will en Anneke, Jannine, Geertje en Johan- naar toe. «Dat is heel goed geweest. Het gaf een zekere rust.»
Maandag 5 juni werd in Enschede een herdenkingsdienst voor Marjolein gehouden. Een dienst waarin Marjolein centraal moest staan. Zelf was ze niet zo gelovig: God? Kerk? Dat komt later misschien wel, zei ze, als ik ouder ben. Meer dan 500 mensen woonden de dienst bij. Er was geen kist, geen lichaam; voor in de kerk stond een grote foto. «Een mooie foto van een mooi mensenkind,» zei voorganger ds. Jan Bos. Zus Jannine, tante Ria en vriendinnen van school lazen herinneringen en gedichten voor. Marjoleins favoriete muziek werd gespeeld: Eternal Flame van The Bangles, I believe I can fly van R. Kelly en aan het eind My heart will go on van Celine Dion. Was ze gek op. Tegen het eind van het jaar, nadat de acte van vermissing officieel was omgezet in een acte van overlijden, dienden de drie families bij de gemeente Enschede het verzoek in om aan de Roomweg een monumentje te mogen plaatsen. De gemeenteraad ging akkoord. Half januari werd in de schutting aan de Roomweg, op een paar meter van de plek waar ze heeft gewoond, een marmeren plaquette geplaatst met een foto van Marjolein, haar naam en de data 16-3-1983 en 13-5-2000. «Kom, we gaan naar Marjolein, zeggen we tegen elkaar, als we er naar toe gaan.»

Ik mis je

Geertje en Johan Wolsink hebben zo goed en zo kwaad als het gaat de draad weer opgepakt. Ze laat een boekwerk zien, een bundeling van de vele reacties die na de ramp per e-mail binnenkwamen. Kijk, een bericht van haar chatvriendje Vincent, gedateerd op 17 mei: 'Vrijdagnacht hebben we nog tot laat in de nacht met elkaar gepraat toen ik van het uitgaan terug was en zaterdagnacht zou je mij terugpakken door hetzelfde te doen als ik bijna sliep. Ik kreeg zaterdagnacht geen telefoontje en heb me dagen zorgen over je gemaakt. Net als alle anderen hoop ik dat er zich nog een wonder voor zal doen en dat ik binnenkort bij het nakijken van mijn e-mail ineens een berichtje 'Ik mis je' krijg. Majo, nu is het mijn beurt. Ik mis je. Voor altijd een bijzondere vriend.'

Rindert Paalman 

dianap

aangrijpend verhaal. En dat allemaal door 1 paar klootzakken, kapot. Alles kapot. Alles en iedereen kapot. kapot! kapot! kapot!

admin

Citaat van: dianap op  8 augustus 2010, 08:45:59
aangrijpend verhaal. En dat allemaal door 1 paar klootzakken, kapot. Alles kapot. Alles en iedereen kapot. kapot! kapot! kapot!

Maar die paar zijn goed georganiseerd want ze hebben 1.000.000 ambtenaren tot hun beschikking van minister tot balimedewerker.

admin

Citaat van: admin op  8 augustus 2010, 12:59:52
Citaat van: dianap op  8 augustus 2010, 08:45:59
aangrijpend verhaal. En dat allemaal door 1 paar klootzakken, kapot. Alles kapot. Alles en iedereen kapot. kapot! kapot! kapot!

Maar die paar zijn goed georganiseerd want ze hebben 1.000.000 ambtenaren tot hun beschikking van minister tot balimedewerker.

Herstel, er zijn iets meer ambtenaren volgens dagblad Trouw.
------------------------------------------------------------------------------------

Omvang overheid / Ambtenarenplaag is niet te beteugelen

Inmiddels werkt in Nederland een derde van alle werknemers voor de overheid (zonder de zorgsector mee te tellen).
De overheidstaken zijn, volgens gegevens van het Centraal Bureau voor de Statistiek, verdeeld over 3000 verschillende instanties.

Bron Trouw 25 januari 2007 door Herman Jansen
http://www.trouw.nl/opinie/podium/article1447492.ece